ACROSS
1Zoemend laagwater geworden.
5Afkerig antwoord.
7De eenheid zit in de immuniteit.
8De opper is er stapel van geworden.
10Wordt gefilmd op de tennisbaan.
11De tovergodin zit het feest voor.
12Vrouw van de moeilijke toeren.
14Zinloos om zo met zichzelf ingenomen te zijn.
15Opperkolom.
17Weigeren te slaan op het toetsenbord.
DOWN
1Dit dier is tegen wandelen.
2Zonder u is een snaak zwart.
3Vinger van een kalf.
4Deze gave is verwant aan een hondenmand.
6Het is niet gemaakt, dat spreekt vanzelf.
8Bedwelmd wordt een groet hoorbaar.
9Zo op het oog een bloem van een meisje.
10Met kaarten of aan een boom.
13Verf de koer met klei.
16Het is weer kil in de gevangenis.